Het Nederlands kampioenschap cross wordt dit weekend in Amsterdam gehouden. En op zaterdagmiddag mochten de recreanten op het “echte” parcours hun wedstrijdje lopen. Nog net voor het donker werd, en net niet voor het ging regenen.
Naar ik begrijp wordt het NK twee jaar op rij gehouden op dit parcours dat grotendeels overeenkomt met de Phanos boscross zoals ik die vorig jaar liep. De afstand is wat korter doordat er slechts twee rondjes gedraaid worden, en de route is ook net iets anders uitgezet. Wat gebleven is zijn de modder, de grote plassen op het gras, en de beklimming van de heuvel. Per rondje driemaal omhoog. Met een totale lengte van 7,2 kilometer lijkt dat dus erg op de HeuvelChallenge waarbij over een lengte van 7 kilometer zeven keer de heuvel langs verschillende kanten bedwongen wordt.
De HeuvelChallenge volgt de paden van het Amsterdamse bos. Dat is bij de cross duidelijk anders. Met name het tweede deel van de ronde is slim opgebouwd. Daar zitten geen mogelijkheden meer in om de hartslag te laten zakken. Het orgelpunt begint met het opdraaien van het grasveld voor de laatste beklimming. Grote stukken vette modder afgewisseld met waterpartijen. De laatste waterpartij op het veld dwingt tot grote snelle passen. Onderaan de voet van de heuvel ligt vervolgens een nieuwe bak modder, zodat de hartslag nog voor de feitelijke
beklimming al maximaal is. De beklimming langs deze zijde gaat over een glibberig paadje tussen de bomen door. De loper voor me leert dat je hier ook goed moet opletten op verraderlijke boomwortels. De beklimming wordt naar de top toe steeds ietsjes scherper. Bijten dus tot de top. Bovengekomen is er geen tijd om te genieten van de luxe om met je spikes over het tapijt te mogen lopen. Het vervolg is meteen naar links de diepte in. Eigenlijk loop je hier niet naar beneden, maar laat je je vallen. Grote passen die steeds groter worden, en ondertussen corrigeren voor het glijden. Halverwege komt het gevoel van controle weer terug. Ongeveer daar waar een lange strook modder weer dwingt tot nauwkeurig kijken en ploeteren. Het veld wordt verlaten via een, opnieuw glad, paadje tussen de bomen door omhoog. Hier schuilt het gevaar zowel op de grond als op ooghoogte waar takken ontweken moeten worden. Aan het eind van dit paadje ligt de brug die terug naar de arena voert. Hier zou de hartslag weer wat kunnen zakken, maar dit is meteen de laatste vijfhonderd meter naar de finish. Niet inzakken dus, maar plaats behouden.
Lekker gelopen, en een mooie afsluiting van het winterseizoen. De lente komt er nu echt aan. Vandaag alweer in korte broek gestart. Voor je het weet heeft de zon weer een gekleurd randje op de enkels getekend. Sterker nog, ik meen dat ik vanmiddag het begin daar al van zag…
Reactie schrijven